De zomer is een fantastische tijd voor konijnen. Volop grassen, onkruiden en ander groen voorradig. In de winter wordt vaak de gedroogde variant gegeven. Dat drogen kan soms heel eenvoudig zelf, bijvoorbeeld met de brandnetel.
De brandnetel komt op veel plaatsen voor. In Nederland kennen we vier soorten: de grote en de kleine brandnetel en het groot en klein glaskruid.
De bovengrondse delen van grote brandnetel zijn rijk aan carotenen, vitamine C en ijzer. Vitamine D komt ook in de plant voor. Gedroogde grote brandnetels, liefst voor de bloei, zijn een goed voer voor geiten en konijnen, vanwege het hoge eiwitgehalte. Zeer jonge planten, die nog geen brandharen hebben, kunnen ook vers aan konijnen gevoerd worden.
Wees bij het plukken wel voorzichtig en draag bijvoorbeeld (tuin)handschoenen ter bescherming. Bij aanraking van de brandharen komen deze door middel van een weerhaakje vast te zitten in de huid. De knop van de brandhaar breekt vervolgens af en een mengsel van stoffen veroorzaken een vervelende jeuk.
Mocht je toch ‘geprikt’ worden door een brandnetel, zoek dan even een blad van de weegbree. Er groeit vaak weegbree in de buurt van brandnetels. Pluk een blad, kneus het flink en wrijf ermee over de plek waar de brandnetel je heeft geraakt.
Drogen van brandnetel
Het drogen van brandnetels gaat heel eenvoudig. Neem een bosje brandnetels en bind ze onderaan de steel samen. Laat het draad wat langer zodat je ze op de kop kunt hangen. Zoek een droge plek uit, het liefst met een luchtstroom. Met dit mooie weer is buiten in de zon een prima optie. Eenmaal gedroogd is de ‘prik’ eruit en kan je ze op een droge plek bewaren. Prima om te voeren tijdens alle seizoenen.