Lentekriebels

Als ik buiten loop is het duidelijk te merken. Het voorjaar “zit in de lucht”. De dagen worden weer wat langer, wat heerlijk is. Lange tijd elke dag in het donker vertrekken en ook weer in het donker thuiskomen, daar wordt niemand vrolijk van.

Dit gevoel van voorjaar heeft ook invloed op de konijnen en als je ze een tijdje observeert kan je het ook aan het gedrag merken. Deze gedragsverandering, onder invloed van de tijd van het jaar wordt “Lentekriebels” genoemd of “Spring Fever” in het Engels.

Hormonen

Om dit gedrag te verklaren kijken we naar de wilde soortgenoot van het konijn. Doordat de dagen langer worden en de temperatuur langzaam stijgt, activeren de hersenen het lichaam om hormonen (1) af te geven. Bij jonge konijnen stimuleert dit hormoon om seksueel volwassen te worden. Onder invloed van het hormoon gaat het konijn op zoek om te kunnen paren. In het gedrag zien we konijnen rennen, rond elkaar hupsen en soms vechten, kortom: voortplantingsgedrag.

De drang om voort te planten heeft ook effect op de verhoudingen in de groep. Om de voedster voor zichzelf te hebben zal de ram een andere, seksueel volwassen ram niet dulden. Ook de voedsters onderling kunnen elkaar aardig afsnauwen. Met het stijgen van de temperatuur stijgt dus ook het agressieniveau.

Doordat ze in het wild veel ruimte hebben wordt erger vaak voorkomen, al kunnen er ook redelijke wonden (oren, lippen, geslachtsdelen,…) ontstaan. Met hun vlijmscherpe tanden, krachtige poten met scherpe nagels kunnen ze elkaar aardig verwonden.

Het is logisch dat dit voortplantingsgedrag juist in deze periode plaats vindt. Door de hogere temperaturen en meer zonlicht ontwaken ook veel planten. Zij gaan groeien, vormen nieuw blad etc. Na een periode van schraal voedsel komt een periode met meer eiwit- en koolhydraatrijk voedsel. Ideaal als energiebron die nodig is om voort te planten en jongen te kunnen voeden.

Tamme konijnen

Ook bij onze gedomesticeerde konijnen brengt de start van de lente deze ‘gevoelens’ naar boven. De voedsters zijn meer genegen om te paren, waardoor er onderling schermutselingen ontstaan. Ook bij gecastreerde rammen en voedsters zien we dit gedrag. Tijdens de castratie zijn wel de organen verwijderd, maar er zijn meer organen die hormonen produceren. Dat weerhoudt hen er dus ook niet van om de ander eens lekker af te snauwen of op te jagen

Voorzorgsmaatregelen

Mochten jouw konijnen erg veel last van de lentekriebels hebben, zorg er dan voor dat de onderlinge verhoudingen zo optimaal mogelijk blijven. Geef je de konijnen zoveel mogelijk ruimte, waardoor ze elkaar enigszins kunnen ontlopen. Zorg voor plekken waar ze bijvoorbeeld kunnen schuilen als de ander het op de heupen heeft.
Zorg ook voor afleiding: takken om te knagen, een zandbak om in te graven, een kartonnen doos om te scheuren en/of om hooi in te verstoppen. Door groenten verspreid te verstoppen in de ren geef je ze de mogelijkheid om separaat te fourageren. Denk ook aan meer plekken om te drinken. Hoe minder competitie er onderling nodig is, hoe vreedzamer het kan verlopen.


NOTES
(1) bij een ram: testosteron; bij een voedster: oestrogeen